Mariska en Carola zijn voor een avond te gast bij een kasteel in Zuid-Nederhemert, een klein plaatsje langs de Maas met ongeveer 45 inwoners. Het kasteel, daterend uit het jaar 1300, staat in een bosrijke omgeving. Achter het kasteel ligt midden in het bos een tuin die meer weg heeft van een doolhof. Voor deze avond is er een Halloweenfeest georganiseerd met als thema ‘ballroom’. Van de gasten wordt verwacht dat zij geheel verkleed komen als jonkheer of jonkvrouw, inclusief bijpassend masker om onherkenbaar te blijven.
De vrouwen zijn verplicht om een jurk te dragen zoals in de middeleeuwen. De gasten arriveren per koets bij het kasteel en worden hartelijk verwelkomd door de kasteelheer, die hen naar hun plaats wijst om eerst van het overheerlijke banket te genieten. Aansluitend wordt er een gala geopend met een dans. Later op de avond zal er een wedstrijd in de tuin van het kasteel plaatsvinden tussen 10 vrouwen en 10 heren. De uitgekozen deelnemers zullen bekendgemaakt worden door de kasteelheer. Mariska en Carola parkeren hun auto bij het begin van het dorp op een weiland, vanwaar zij per koets naar het kasteel worden gebracht.
De gelegenheidsjurk van Mariska heeft de kleuren blauw en goud; die van Carola is zwart met goud. Hun maskers zijn goudkleurig met veren. Bij het vertrekpunt worden zij verwelkomd door een dame. “Geachte jonkvrouwen, in het gehucht Nederhemert staat een kasteel waar al eeuwenlang vele feesten worden georganiseerd door de kasteelheren. Vanavond zult u ervaren hoe het eraan toeging tijdens de middeleeuwen. Wij vragen u om uw telefoon en andere moderne spullen hier in de kluisjes achter te laten. Dadelijk stopt hier de koets om u persoonlijk naar het kasteel te brengen waar de kasteelheer u hartelijk zal ontvangen. Heeft u nog vragen, dames?” Carola vraagt of het verplicht is om aan alle activiteiten deel te nemen. “U wordt verwacht aanwezig te zijn tijdens het banket. Als u wordt uitgekozen voor de wedstrijd door de kasteelheer, wordt ook verwacht dat u daaraan deelneemt. Verder bent u vrij om rond te lopen in het kasteel waar u eten en drinken kunt nuttigen dat van het huis wordt aangeboden. Is dat duidelijk?” Voor Carola is dat duidelijk, net als voor Mariska.
Kijk, daar komt uw koets al aanrijden. Zodra deze stopt, wacht u tot de koetsier u laat instappen. Als beide jonkvrouwen in de koets zitten, rijdt de koets het bos in en komen zij aan bij de poort van het kasteel. Ze rijden het landgoed op richting het kasteel, waar fakkels langs de weg en aan de muur branden. De koets stopt bij de ingang. Hier laat de koetsier de jonkvrouwen uitstappen en leidt hen naar de kasteelheer die de dames ontvangt met een “Goedenavond, u bent welkom in mijn kasteel. Mijn naam is Ludwig von Gruttencut. Met wie heb ik het genoegen?” “Mijn naam is Carola… en dat van mijn naaste gezelschap!” “Ik heet Mariska… en wij zijn beide zonder jonkheer hier gekomen.” “Nou, dames, nogmaals van harte welkom. Mijn bediende zal jullie naar uw plaats aan de tafel brengen.” Mariska en Carola krijgen een plaats aan de tafel waar jonkvrouwen naast elkaar zitten, tegenover de kasteelheer en de jonkheren. Als de kasteelheer plaatsneemt, wordt van iedereen verwacht dat zij luisteren naar wat hij te vertellen heeft. “Geachte dames en heren, vanavond verblijft u hier met enig gezelschap om er een prachtig Halloweenfeest van te maken. Ik zal u niet langer in spanning houden. Ik ga bekendmaken dat de wedstrijd gespeeld wordt door de 10 jonkvrouwen die tegenover ons aan tafel zitten.” Daar zitten ook Mariska en Carola. “Kijk de tegenover u zittende tegenspelers maar eens aandachtig aan en schat uw medespelers goed in voor vanavond. U wordt rond klokslag 12 uur verwacht in de tuin van het kasteel, waar eerst de spelregels aan u uitgelegd zullen worden. Zorg dat u op tijd aanwezig bent. Voor nu, smakelijk eten; pak zoveel als u wilt, er is genoeg voor iedereen vanavond. Tast toe en laat uw lust niet bederven.”
Comments (0)